
Digitale vaardigheden na corona
Hoe je gewonnen terrein strategisch borgt: een eerste stap
Door de coronacrisis is er in veel sectoren, waaronder in de zorg, het onderwijs en overheid, enorme winst geboekt in acceptatie en het gebruik van digitale instrumenten. Alles wat op afstand kon, hebben we op afstand gedaan. Nu we in rustiger vaarwater belanden, blikken we voorzichtig vooruit en stellen ons de vraag hoe we kunnen voorkomen dat we het gewonnen terrein na de zomer weer prijs moeten geven.
Ook degenen die zich voorheen op de rand van het zwembad beklaagden over het koude water moesten eraan geloven. Plons! Zwemmen jij!
We bewegen ons langzaam uit de crisis naar een nieuw normaal. Wanneer we weer naar kantoor kunnen en ook de scholen voor voortgezet onderwijs vermoedelijk in september weer helemaal open gaan, valt de absolute noodzaak om digitale instrumenten te gebruiken weg. Hoe kunnen we gebruik maken van de winst van corona en de toegenomen digitale vaardigheden borgen? Vanuit welk denkkader kan je deze vraag benaderen?
Bestaande modellen over de acceptatie en het gebruik van technologie waren tijdens de coronacrisis van weinig waarde. We zijn in het diepe gegooid en we moesten wel zwemmen. Er was geen tijd voor zwemles noch discussie. Ook degenen die zich voorheen op de rand van het zwembad beklaagden over het koude water moesten eraan geloven. Plons! Zwemmen jij!
Laten we eens kijken naar één van deze bestaande modellen. Het UTAUT-model (unified theory of acceptance and use of technology) is een van de meest gebruikte wetenschappelijk modellen, die we kunnen inzetten nu we naar een nieuw normaal toegroeien. Het werd ontwikkeld door Viswanath Venkatesh e.a. in 2013. Het ziet er zo uit.

Het model is opgebouwd uit drie delen. Aan de linkerzijde staan de zogenoemde ‘predictors’ met aan de onderzijde de factoren die hier op hun beurt weer invloed op hebben. Aan de rechterzijde van het model wordt de intentie van gedrag en het resultaat, het feitelijk gedrag, weergegeven.
De intentie van gedrag wordt in de literatuur Behavioral Intention genoemd en wordt beschreven als de emotionele/persoonlijke intentie van een individu voor het gebruik van een IT-systeem. Intentie van gedrag is voorwaardelijk voor feitelijk gedrag. Het feitelijk gedrag wordt in de literatuur Use Behavior genoemd en is het uiteindelijke gedrag van de participant. Een beleidsmaker zal dit vaak als zijn doelstelling zien. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat er invloeden zijn die intentie en daarmee feitelijk gedrag voorspellen. In het model zie je deze predictors links in de oranje blokjes.
Verwacht voordeel (Performance Expectancy) is gedefinieerd als de mate waarin een individu gelooft dat een IT-systeem kan helpen het werk beter te doen. Het begrip ‘werk beter doen’ is relatief vaag. In de praktijk impliceert dit de verwachting sneller, effectiever, productiever, goedkoper en makkelijker te kunnen werken.
De verwachte inspanning (Effort Expectancy) heeft betrekking op de leercurve en hoe gemakkelijk een IT-systeem te gebruiken is. Het begrip ‘gemakkelijk’ betekent bijvoorbeeld: duidelijk, groter gebruiksgemak en snel beheersbaar. Met andere woorden: hoeveel moeite verwacht je dat het kost voordat je het IT-systeem kunt gebruiken.
Sociale invloed (Social Influence) kan worden getypeerd als invloed van anderen. Het kan worden vergeleken met een situatie waarin een persoon zijn mening onder groepsdruk bijstelt.
Ondersteuning (Facilitating Conditions) wordt gezien als de condities die gelden voor de context waarin het IT-systeem gebruikt wordt. Met andere woorden: in welke mate worden medewerkers operationeel en persoonlijk ondersteund bij het gebruik van het IT-systeem.
De vier genoemde predictors worden ieder voor zich weer versterkt of afgezwakt door de ondergelegen factoren. Zo heeft heeft de factor verwacht voordeel een groter effect op mannen en jonge werknemers dan andere doelgroepen. In het kader van dit artikel voert het nu te ver om dit verder uit te diepen, maar de invloed van de predictors is dus nog verder te classificeren.
Vanuit het model geredeneerd was tijdens de crisis de factor vrijwilligheid, of de afwezigheid ervan, zo extreem dominant dat de andere factoren en predictors volledig overruled werden. Wanneer we het gebruik van digitale technologie willen bestendigen en mogelijk de ervaringen van afgelopen maanden ten goede willen benutten, kunnen we het model wel inzetten.
Geredeneerd vanuit het UTAUT-model kan ik de volgende aanbeveling doen.
De enorme ervaring die de laatste maanden is opgedaan zal grote invloed hebben op de intentie van gedrag. Mensen hebben een realistisch beeld gekregen van de investering die nodig is om digitale applicaties te benutten (en bovendien is een belangrijke investering nu gedaan). Daarbij komt dat we het in een sociale context hebben gedaan: iedereen gebruikt het. We zullen daardoor vermoedelijk ook minder praktische ondersteuning nodig hebben, omdat we nu ervaring hebben. Het is wel van belang om de ervaring te duiden en te borgen. Wanneer dat niet gebeurt, verzandt het, met het gevaar dat dit voordeel na verloop van tijd wegebt.
Het is een reëel gevaar dat wanneer mensen weer in het oude vertrouwde ritme mogen gaan werken, medewerkers terugvallen in oud gedrag en bijpassende houding.
Daarom: blik bewust terug met medewerkers. Neem ruim de tijd om ervaringen onder woorden te brengen en emoties te delen. Het zal medewerkers helpen om persoonlijke ervaringen te plaatsen in de context van de organisatie, en zelfs in relatie tot globale ontwikkelingen. Medewerkers verwerven inzicht in hun eigen verhalen in relatie tot een bredere context.
Het is te adviseren om een moment te kiezen om de periode van de coronacrisis formeel, door middel van een ritueel, af te sluiten. Bijvoorbeeld direct na de zomervakantie. Belangrijke gezamenlijke momenten en periodes vragen om vieringen of andersoortige rituelen, het verankert de ervaringen diep in de geest, zorgt voor diepe onderlinge verbondenheid en biedt ook de mogelijkheid om het geleerde op gezette tijden in herinnering te roepen.
Het is te adviseren om een moment te kiezen om de periode van de coronacrisis formeel, door middel van een ritueel, af te sluiten.
Een gepast ritueel markeert bovendien een grens: we sluiten nu iets af en beginnen iets nieuws. Deze gezamenlijke ervaring reikt dieper dan het verstand en is dus een waardevolle aanvulling op het verwerven van inzicht. Er zijn tal van rituelen denkbaar die passen bij de cultuur van jouw organisatie.
Heb je eenmaal de winst van corona geborgd, dan is het zaak om een strategie te ontwikkelen, om dit verder uit te bouwen. Want je wilt het ijzer smeden als het heet is.
Ik denk graag met je mee wanneer je in jouw organisatie bezig bent met het toerusten van medewerkers met digitale vaardigheden, of als je in het onderwijs werkt en je school zich voorbereidt op de inbedding van digitale geletterdheid in het curriculum. Ik doe dat op basis van het Columbusmodel.
Vermoedelijk ken je dit al. Het is een nieuw model over de 21e-eeuwse vaardigheden. Door de metaforische ordening spreekt het een brede doelgroep aan en is toepasbaar op operationeel niveau (het primair proces), de toerusting van medewerkers (professionalisering) en de strategische ontwikkeling van je organisatie.
