De drievlaksambtenaar
Gemeenten hebben te maken met ingrijpende veranderingen. Dit komt niet alleen door nieuwe wetgeving, zoals de recente WMO, Jeugdwet en de op handen zijnde Omgevingswet. De mogelijkheden van ICT en internet veranderen de relatie met burgers en bedrijven fundamenteel.
Van oudsher heerst binnen overheden een behoudende cultuur. Bij de opgaven waar gemeenten zich vandaag voor gesteld zien, hoort mogelijk een andere houding. Gemeenten kunnen hun nieuwe taken enkel goed ter hand nemen, wanneer individuele gemeenteambtenaren digitaal vaardig en ondernemend zijn, en hun werk afstemmen op de oorspronkelijke bedoeling. Het blijkt een uitdaging om dit concreet te maken in de praktijk van alledag. Door het gebrek aan een strategisch denkkader en doordachte instrumenten verschraalt professionalisering tot knoppentrainingen met het gevaar dat HR-beleid verzandt in luchtfietsen. Het Columbusmodel en het bijpassende Columbuskompas bieden wellicht een oplossing.
De gemeenteambtenaar kon in het verleden zijn werk doen als een atleet in een estafetteteam. Hij had een duidelijk omschreven afgekaderde rol in een lineair proces. Hij kon zich volledig concentreren op het voltooien van zijn eigen taak, zonder inmenging van buitenaf. Hij kleurde binnen de lijntjes op straffe van diskwalificatie. Samenwerken was gereduceerd tot het korte moment van overdracht van het estafettestokje.
Drie van de vier estafettelopers maken het einddoel niet bewust mee. Voordat het stokje over de finish gaat, richten de eerste lopers hun aandacht al weer op een volgend traject. De estafetteloper is vrijwel exclusief bezig met zijn eigen traject en voelt zich minder verantwoordelijk voor de race als geheel.
De eigentijdse ambtenaar zou vergeleken kunnen worden met een zeiler. Bijvoorbeeld eentje die deelneemt aan de Volvo Ocean Race. Alle teamleden zitten letterlijk in hetzelfde schuitje. Ieder heeft zijn eigen specialisatie, maar werkt niet geïsoleerd wel voortdurend afgestemd en verbonden. Om hun werk te doen staan ze met elkaar in contact en stemmen hun werkwijze af op de elementen. Ze hebben een gemeenschappelijk doel voor ogen, waarbij de omstandigheden bepalen welke koers ze uitzetten om dat doel te bereiken. De zeiler heeft een dienstbare houding in zijn rol, en stemt zijn taak voortdurend af op het team en de koers van het schip.
Je zou kunnen stellen dat de traditionele ambtenaar taakgericht is, en de moderne ambtenaar doelbewust.
De taakgerichte of doelbewuste houding zegt iets over de relatie van de ambtenaar tot de buitenwereld en tot anderen. Maar deze verandering kan niet los gezien worden van de relatie van de ambtenaar tot… zichzelf.
We doen namelijk niet alleen ons werk. We zijn ons werk. We identificeren ons ermee. Dat verklaart ook dat wanneer we anders moeten gaan werken, dit vaak wordt ervaren als een bedreiging: een persoonlijke aanval.
We hebben ons met pijn en moeite een vak eigen gemaakt. Door scha’ en schande zijn we wijs geworden. We weten hoe de hazen lopen en kunnen blind onze weg vinden. Natuurlijk doen we ons werk met aandacht, maar voor een goed deel kunnen we op onze routine vertrouwen. We weten aan welke normen de kwaliteit van ons werk moet voldoen en zijn gewend om hierover verantwoordelijkheid af te leggen. In de dagelijkse gang van zaken vinden we een geriefelijk thuisgevoel. De comfortzone.
De ondernemende ambtenaar waar zoveel behoefte aan is, heeft zichzelf opnieuw uitgevonden. In plaats van verantwoording af te leggen, neemt hij verantwoordelijkheid. In plaats van de routine van reproductie, wordt hij blij van het creëren van iets nieuws. Hoewel hij zijn werk met enthousiasme en betrokkenheid doet, identificeert hij zich minder met zijn taak. Het werk is iets wat hij doet, niet iets wat hij is. Hij heeft er zin in!
Je zou kunnen stellen dat de traditionele ambtenaar een gefixeerde wil heeft, die prima werkt zolang de omgeving statisch is. De moderne ambtenaar kenmerkt zich door een open wil. Hij floreert in de dynamiek van veranderingen.
De eigentijdse ambtenaar is dus doelbewust en heeft een open wil.
Maar er is nog een ander vlak waarop hij excelleert. Dat is het vlak van technologie. Digitale technologie. Hij heeft kennis van data en algoritmen, de bouwstenen van de digitaal verbonden samenleving. Daardoor beheerst hij de applicaties die hij nodig heeft en wanneer zich iets nieuws aandient, maakt hij zich dit snel eigen. Hij beweegt zich bewust en veilig over de digitale snelweg en weet als geen ander welke bronnen te vertrouwen zijn en welke niet. Met andere woorden de eigentijds ambtenaar is digitaal geletterd.
De ambtenaar van vandaag is een drievlaksambtenaar: hij is op drie vlakken toegerust. Ten eerste werkt hij doelgericht, hij realiseert zich dat zijn taak dienstbaar is aan het bereiken van een gemeenschappelijk doel. Ten tweede: hij voelt zich eigenaar van het proces als geheel en is intrinsiek gemotiveerd. Tot slot: de eigentijdse ambtenaar is goed ingevoerd in de digitale wereld.
Met het ColumbusKompas is het mogelijk om medewerkers aan de hand van een vragenlijst te bevragen op alle voornoemde kwaliteiten. Naast dat het ColumbusKompas een mooi ontwikkelinstrument is om ontwikkelgesprekken in te richten, wordt ook een kruisdiagram gegenereerd. Deze geeft uitsluitsel welke in welke mindset de betreffende medewerker, afdeling of zelfs organisatie zit.
Er zijn specifieke kompassen voor Gemeenten, Waterschappen en het Onderwijs. Je kan het gratis anoniem uitproberen.